Klimaat- en energieverkenning 2024
Snel uitvoerbare plannen nodig om klimaatdoel 2030 te halen
De Klimaat- en energieverkenning (KEV) 2024 laat zien dat de broeikasgasuitstoot in Nederland naar verwachting met 44-52% daalt in 2030 ten opzichte van 1990. Dat is onvoldoende om het klimaatdoel van 55% te behalen. Dit komt enerzijds door tegenvallers in de uitvoering van onder andere wind op zee en anderzijds door het schrappen van beleidsmaatregelen, zoals de salderingsregeling voor zonnepanelen en maatregelen die uitstoot verhogen, zoals hernieuwde mestderogatie en het verhogen van de maximumsnelheid.
Downloads
Klimaat- en energieverkenning 2024De resultaten zijn een teleurstelling ten opzichte van de Klimaat- en energieverkenning van vorig jaar, waarin de klimaatdoelen nog in zicht waren (46-57%).
Snel uitvoerbare plannen
Met nog 5 jaar te gaan tot 2030, is er snelle actie nodig om de klimaatdoelen te bereiken. Gezien de lange doorlooptijden voor nieuwe wetgeving, biedt dat pad richting 2030 geen oplossing. Er zijn maatregelen nodig die snel ingevoerd kunnen en snel tot CO2-reducties leiden. Dat kan bijvoorbeeld in de vorm van beprijzing. Dit neemt niet weg dat het ook noodzakelijk blijft om beleid te blijven ontwikkelen voor de langere termijn.
Energiebeleid
Vooruitgang door uitgewerkt beleid
Het positieve nieuws uit de Klimaat- en energieverkenning (KEV) 2024 is dat er in de afgelopen twee jaar veel plannen zijn uitgewerkt en omgezet in wet(svoorstellen) of regelgeving. De emissiereductie zit vooral bij de mobiliteit (verschillende fiscale regelingen en meer bijmenging van biobrandstoffen door de Europese richtlijn RED III), de gebouwde omgeving (snellere ingroei van warmtepompen) en de industrie (CO2-heffing en subsidie stimuleren onder andere CCS). In de elektriciteitssector stijgen de emissies juist. Dat komt onder andere door vertraging bij de uitrol van wind op zee en een toename van de elektriciteitsvraag. Hierdoor is volgens de raming
Emissiereducties per sector
In de industrie zijn de groeiverwachtingen voor de productie van groene waterstof
De geraamde emissiereductie in de sector mobiliteit is kleiner dan in de KEV 2023. Dit heeft enerzijds te maken met het feit dat het huidige kabinet de plannen voor Betalen naar Gebruik niet verder oppakt, en anderzijds met de verhoging, waar mogelijk, van de maximumsnelheid naar 130 kilometer per uur. Daarnaast is de kleinere emissiereductie het gevolg van de voorgenomen implementatie van de RED III-maatregel. Transport
Ook de geraamde emissiereductie in de sector landbouw is kleiner dan in de KEV 2023. Dit is het gevolg van de door het huidige kabinet geagendeerde hernieuwde derogatie in het kader van de Nitraatrichtlijn. Hierdoor vallen de methaanemissies hoger uit ten opzichte van de raming op basis van vastgesteld en voorgenomen beleid. Ook dalen de emissies in de glastuinbouw minder snel, omdat het voor glastuinders relatief gunstig blijft om hun WKK-installaties aan te zetten voor de productie van elektriciteit. Landbouw
Aandeel hernieuwbare energie
In 2023 was het aandeel hernieuwbare energie
Emissiedaling richting 2040 en 2050
De Klimaat- en energieverkenning (KEV) 2024 bevat ook een raming voor 2035 en een doorkijk tot 2040. Daaruit blijkt dat het tempo van emissiedaling met het huidige beleid onvoldoende is om in 2050 klimaatneutraal