Transitievisie Warmte
Analyse van de gemeentelijke plannen voor verduurzaming van de gebouwde omgeving

Warmtenetten dominant in transitievisie warmte

Het doel van een aardgasvrije gebouwde omgeving wordt door de gemeenten breed onderschreven. Hoe dat moet worden gerealiseerd wordt in de TVW’s nog niet concreet gemaakt. Warmtenetten worden het meeste gekozen qua techniek. In het geval er gekozen wordt voor all-electric oplossingen, worden andere installatie-opties vaak nog opengehouden. Voor 2030 zijn er plannen voor 370.000 nieuwe warmtenetaansluitingen, 79.000 elektrische warmtepompen, en 82.000 hybride warmtepompen (aantallen in woningequivalenten). Voor nog 502.000 woningequivalenten is er een plan waarin een combinatie van opties wordt opengehouden. Voor 2030 zijn er vrijwel geen plannen die inzetten op gebruik van hernieuwbare gassen. Naast verwarmingsmethoden bevatten de TVW’s ook voornemens voor isolatie van 534.000 woningen en 131.000 woningequivalenten utiliteitsbouw voor 2030, groeiend naar in totaal 2,2 miljoen woningen en woningequivalenten utiliteitsbouw voor 2050. Warmte en koude

Randvoorwaarden verduurzaming gebouwde omgeving

In de Transitievisie Warmte worden ook randvoorwaarden genoemd om de verduurzaming van de gebouwde omgeving te realiseren. De meeste van de genoemde voorwaarden vallen in de categorie kosten en financiering. Zowel de financiële als technische haalbaarheid en de robuustheid van oplossingen worden relatief vaak genoemd. Gemeenten vragen expliciet om actie van het Rijk om de plannen te kunnen uitvoeren. Het gaat dan over financiële middelen voor zowel uitvoeringskosten van gemeenten als ondersteuning van inwoners bij het doen van investeringen. Ook wordt gevraagd om heldere kaders en de benodigde bevoegdheden voor gemeenten.

Bijdrage Transitievisie Warmte aan nationale doelstellingen

Van de ongeveer 9 miljoen verblijfsobjecten (woningen en bedrijven) in Nederland valt ongeveer 6,9 miljoen onder tenminste 1 plan uit de TVW’s, zo blijkt uit de analyse. Een aantal valt onder meerdere plannen, bijvoorbeeld een isolatieprogramma en een wijkaanpak. Op basis van de plannen in de TVW’s (gepeild eind 2021/begin 2022), kan worden verwacht dat deze een beperkte bijdrage leveren aan de nationale doelstellingen voor 2030. De potentie voor na 2030 is groter maar voor beide geldt een grote bandbreedte van onzekerheid. Bij de volgende actualisatie van de TVW’s, aangekondigd voor 2026, zullen plannen concreter en uitgebreider moeten worden.