De verwachte impact van windturbines op huizenprijzen in Nederland
Een ruimtelijke analyse voor de periode 2020-2030
De effecten van windturbines op hun omgeving zijn lastig in geld uit te drukken – er is immers geen marktprijs voor geluidsoverlast of slagschaduw. Indirect zijn die effecten wel meetbaar, doordat ze ‘kapitaliseren’ in de waarde van woningen in de nabijheid van de turbines. Dit kan worden gemeten door de waarde van woningen in de nabijheid van turbines te vergelijken met vergelijkbare woningen elders. Wat is hieruit te concluderen en hoe kan hiermee worden omgegaan?
Downloads
De impact van windturbines op huizenprijzen (PDF)In deze studie is de verwachte toekomstige waardedaling in beeld gebracht van woningen in de nabijheid van nieuw te plaatsen windturbines. In 2020 bedroeg de gemiddelde waardedaling van woningen in de nabijheid van windturbines 2.6%, per 2030 is dat gemiddeld 3.8%. Gegeven de woningwaarden in 2020, betekent dit een gemiddeld waardeverlies van €6.356 per woning in 2020, oplopend tot €9.295 voor de situatie in 2030. De geschatte totale waardedaling voor alle getroffen woningen samen bedroeg daarmee ongeveer €5,7 miljard in 2020, en loopt op naar ongeveer €15,5 miljard in 2030. Deze relatief sterke groei van het totale woningwaardeverlies – het aantal getroffen huizen stijgt minder snel dan het waardeverlies – wordt veroorzaakt door twee ontwikkelingen: i) doordat er meer turbines komen staan ze onvermijdelijk vaker dichter op huizen en ii) nieuwe turbines zijn gemiddeld hoger dan bestaande turbines.
Wie hebben er last van de waardedaling?
Het aantal woningen in Nederland dat overlast heeft van windturbines groeit naar verwachting van een krappe 900 duizend in 2020 tot ruim 1.6 miljoen in 2030. Zowel in 2020 als in 2030 kent Friesland met afstand het hoogste percentage getroffen huizen (ongeveer 45% van alle woningen in Friesland), terwijl de grootste aantallen getroffen huizen zijn te vinden in de meer dichtbevolkte provincies Noord- en Zuid-Holland.
Steeds meer verdeeld over het land
De overlast door windturbines is op dit moment zeer ongelijk verdeeld over de ruimte: in 2020 bevond 50% van alle getroffen huizen zich in slechts 10% van de (meest getroffen) gemeenten, terwijl in 47% van de gemeenten geen enkel huis getroffen werd. Deze ruimtelijke ongelijkheid neemt aanzienlijk af richting 2030, als naar verwachting in 79% van de gemeenten huizen staan binnen een 2,5 km straal van windturbines. Deze ruimtelijke nivellering wordt vrijwel uitsluitend veroorzaakt door het plaatsen van nieuwe turbines en niet door herverdeling van bestaande turbines.
10% windturbines veroorzaakt 67% waardedaling
Er zijn grote verschillen in impact tussen windturbines: de 10% windturbines met de meeste impact in 2030 veroorzaken samen 60% van het aantal getroffen huizen en 67% van de totale waardedaling. We identificeren deze turbines op de kaart: ze liggen voornamelijk in de Randstad, waar het door de relatief hoge bevolkingsdichtheid moeilijker is om turbines op afstand van woningen te plaatsen. Het gaat om 185 turbines die samen een totale waardedaling van € 4,7 miljard veroorzaken, verdeeld over ruim 676.000 getroffen huizen.
Liever beperkt aantal grote windturbines dan meerdere kleinere
De analyse leidt tot vier beleidsaanbevelingen – alle gebaseerd op de rekensommen in het paper:
- Voor het beperken van het totale woningwaardeverlies moet niet alleen gekeken worden naar de woningen dichtbij een turbine, maar juist ook naar woningen verder weg.
- Als we de totale woningwaardedaling willen minimaliseren is een beperkt aantal grote turbines te verkiezen boven een groter aantal kleine turbines.
- De locatie van de 10% turbines met de meeste impact op huizenprijzen verdient heroverweging – ze zijn nu samen verantwoordelijk voor 67% van de totale geschatte waardedaling, en daarmee vanuit maatschappelijk perspectief onevenredig duur.
- Het loont om woningeigenaren in de nabijheid van turbines te compenseren voor hun woningwaardevermindering. Het reduceert welvaartsverlies, het vergroot het maatschappelijk draagvlak voor turbines op land, en de business case van (met name grote) windturbines laat dit ruimschoots toe.