CO2-opslag en -hergebruik in Nederland
Analyse van behoefte, aanbod en beleid voor negatieve emissies
Ook na 2050 zullen er in sommige sectoren nog restemissies van broeikasgassen, zoals CO2, N2O en CH4 blijven bestaan. Er is een minstens even grote hoeveelheid negatieve emissies nodig om in 2050 klimaatneutraal te zijn. Bovendien moet er vanaf 2050 netto-koolstofverwijdering uit de atmosfeer worden gerealiseerd om de overschrijding te compenseren van het koolstofbudget dat nog beschikbaar is om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5°C. Wat is de toekomstige behoefte aan negatieve CO2-emissies? En wat is de rol van CO2-opslag en -hergebruik (CCS) daarin?
Downloads
Koolstofverwijdering voor klimaatbeleid (PDF)Behoefte aan negatieve emissies
Uit analyses (juni 2023) op basis van bestaande scenario’s voor een (bijna) klimaatneutrale economie in 2050 blijkt dat Nederland een behoefte heeft aan negatieve emissies van tussen de 8,8 en 38,3 Mton CO2 per jaar in 2050. De restuitstoot komt met name uit de landbouw, industrie en transport. In de landbouw zijn de (niet-fossiele) emissies zeer moeilijk te vermijden, waardoor landbouw in alle scenario’s voor een groot aandeel in de restemissies
Restemissies, compensatie mondiale overshoot en totale behoefte aan negatieve emissies in Nederland
!function(){“use strict”;window.addEventListener(“message”,(function(a){if(void 0!==a.data[“datawrapper-height”]){var e=document.querySelectorAll(“iframe”);for(var t in a.data[“datawrapper-height”])for(var r=0;r<e.length;r++)if(e[r].contentWindow===a.source){var i=a.data["datawrapper-height"][t]+"px";e[r].style.height=i}}}))}();Rol van biomassa
Er zijn verschillende mogelijkheden om koolstof vast te leggen. Niet alle methoden leiden tot permanente koolstofverwijdering. Bovendien wordt voor veel methoden gebruik gemaakt van duurzame biomassa, wat slechts beperkt beschikbaar is. Er wordt concurrentie verwacht op de beschikbare biomassa en hernieuwbare CO2. Om die reden is de capaciteit hiervan beperkt. Een vergelijkbare situatie geldt voor het Nederlands potentieel van direct uit de atmosfeer verwijderde CO2 (direct air capture, DAC). De toekomstige beschikbaarheid van deze CO2 is nog erg onzeker, en ook dan is nog de vraag in hoeverre deze beschikbaar komt voor geologische opslag (DACCS). De CO2 kan ook voor andere toepassingen (zoals synfuels) worden gebruikt.
Geologische CO2-opslag
De Nederlandse ondergrond heeft een aanzienlijke capaciteit voor de opslag van CO2: voldoende voor enkele tientallen jaren van opslag van CO2 uit eigen emissiebronnen. Het gaat dan met name om lege gasvelden onder de Noordzee. Het ontwikkelen van een CO2-opslaglocatie, vanaf een eerste analyse van de opslagcapaciteit tot het starten van de bouw van de injectiefaciliteiten neemt vele jaren in beslag: van 5-7 jaar voor lege olie- of gasvelden tot minimaal 9 voor zoutwatervoerende lagen.
Afhankelijk van hoe snel de CO2-emissies worden teruggebracht, ligt er een uitdaging om voldoende aanbod voor CO2-opslag te realiseren. De reductie van de restemissies en de overshoot voor het realiseren van de mondiale klimaatdoelen moet daarom de kern blijven van het klimaatbeleid.
Overzicht van geschatte vraag naar opslagcapaciteit voor CO2 van emissiebronnen van fossiele CO2
!function(){“use strict”;window.addEventListener(“message”,(function(a){if(void 0!==a.data[“datawrapper-height”]){var e=document.querySelectorAll(“iframe”);for(var t in a.data[“datawrapper-height”])for(var r=0;r<e.length;r++)if(e[r].contentWindow===a.source){var i=a.data["datawrapper-height"][t]+"px";e[r].style.height=i}}}))}();Beleidsontwikkeling CCS
Op dit moment bestaat er nog niet veel beleid dat specifiek gericht is op de ontwikkeling en daadwerkelijke realisatie van negatieve emissies. Gezien het belang van koolstofverwijdering voor het klimaatbeleid én de lange doorlooptijden van zowel de beleidsprocessen als de verschillende technologieën, is het dan ook sterk aan te bevelen om de beleidsontwikkeling hiervoor te de komende jaren te versnellen. Het gaat onder andere om:
- het opzetten van een beleidskader met definities en uitgangspunten;
- het ontwikkelen van stimuleringsbeleid voor het realiseren en opschalen van negatieve emissies;
- R&D- en innovatiebeleid voor het marktrijp maken van technologieën met een lage technology readiness level (TRL);
- het creëren van de juiste randvoorwaarden.
Daarbij is het van belang dat er in het beleid een duidelijk onderscheid wordt gemaakt tussen permanente en tijdelijke opslag van koolstof. Alleen permanente koolstofverwijdering kan op langere termijn worden gezien als echte compensatie van restemissies. Tijdelijke opslag van koolstof, met een tijdelijk effect op het klimaat, kan als positief neveneffect worden beschouwd, maar dient andere doelen.