Trends technologische verduurzamingsopties voor de gebouwde omgeving
Belangrijkste knelpunten, ontwikkelingen en randvoorwaarden voor opschaling
Om een beter beeld te krijgen van de ontwikkelingen in de energietransitie van de bestaande woningvoorraad heeft TNO trendrapporten gemaakt. Daarin wordt ingegaan op de huidige en toekomstige ontwikkelingen van technologieën die nodig zijn voor de energietransitie. De belangrijkste knelpunten, ontwikkelingen en randvoorwaarden voor opschaling zijn geïnventariseerd. Daarnaast is de impact van potentiële marktontwikkelingen van deze technologieën berekend op de reductie van CO2-emissie en nationale kosten.
Downloads
Trends technologische verduurzamingsopties (PDF) Trend report on sustainability solutions (PDF)Meerjarige Missiegedreven Innovatieprogramma’s (MMIP’s)
De MMIP’s zijn door de Topsector Energie in het leven geroepen om partijen te ondersteunen bij innovatietrajecten. De voor de gebouwde omgeving relevante MMIP’s richten zich op twee doelen: een CO2-vrije gebouwde omgeving in 2050 en een volledig CO2-vrij elektriciteitssysteem in 2050. Hiervoor zijn vier verschillende programma’s geformuleerd:
- MMIP2: Hernieuwbare elektriciteitsopwekking op land
- MMIP3: Versnelling van energierenovaties in de gebouwde omgeving
- MMIP4: Duurzame warmte en koude in de gebouwde omgeving (inclusief glastuinbouw)
- MMIP5: Elektrificatie van het energiesysteem
in de gebouwde omgeving
Bekendheid technologische oplossingen en business cases
TNO concludeert in haar rapport dat opschaling van de energietransitie
1) het vertrouwen in en de bekendheid met de technologie en de voordelen ervan
2) een goede business case waardoor er een incentive is om te investeren
3) een gunstige context voor de implementatie
Deze factoren kunnen worden verbeterd door:
- pilot projecten, demonstraties en goede disseminatie van de informatie: dit kan de aantrekkelijkheid van onbekendere, nieuwe technologieën vergroten, zoals voor industriële renovatie en lagetemperatuurverwarming.
- Alle (systeem)kosten en baten waarderen en meenemen in de business case: bijvoorbeeld de koudevraag
naast de warmtevraag en het voorkomen van kosten voor netverzwaring bij warmteopslag. - Het creëren van een gunstige context door middel van een duidelijke visie en beleid vanuit de overheid, een helder juridisch kader, meer consistentie in lokale regels en werkwijzen en meer sturing en handhaving op prestatie-eisen.
Daarnaast zijn er nog technische innovaties nodig op het gebied van:
- Doorontwikkeling van een aparte installatie voor warm tapwater bij lagetemperatuurverwarming
- Plug & play-systemen voor warmtepompen en ventilatiesystemen die een grote bijdrage leveren aan het verminderen van de benodigde arbeidscapaciteit, kosten en specialistische kennis
- Doorontwikkeling van drijvende zonnepanelen en integrale ontwerpen van zonneparken
waarbij landbouw, natuur en elektriciteitsproductie kunnen samengaan - Doorontwikkeling van innovatieve warmteopslagtechnologieën zoals hogetemperatuuropslag (HTO), thermochemische opslagmaterialen (TCM) en phase-changing materials (PCM)
CO2-emissiereductie bij technisch potentieel
Er is nog veel technisch potentieel beschikbaar om grootschalige energiebesparing en CO2-reductie te realiseren. Met innovaties zoals geïndustrialiseerde renovatie en lagetemperatuurwarmtenetten kunnen veel meer CO2-emissies vermeden worden dan met een klassieke renovatie en middentemperatuurnetten. Hiermee zijn aanzienlijk grotere reducties te behalen dan wat nu in de KEV wordt voorzien met vastgesteld en voorgenomen beleid. Bij volledige toepassing van het potentieel kunnen deze technieken rond de 80% van de CO2 uitstoot in de gebouwde omgeving vermijden. Klimaat- en Energieverkenning (KEV)
CO2-emissiereductie bij het technisch potentieel