Maatschappelijk draagvlak voor klimaat- en energiebeleid. Resultaten van een vragenlijstonderzoek
Eind 2019 is een vragenlijstonderzoek gehouden onder 1.536 deelnemers. Deze steekproef was representatief voor Nederland. De meerderheid van de deelnemers maakt zich zorgen over klimaatverandering. Dit aandeel is over de jaren heen redelijk stabiel. We hebben mensen 18 beleidsmaatregelen voorgelegd. Voor sommige maatregelen is veel draagvlak; bijvoorbeeld voor een CO2-belasting voor bedrijven, of voor een communicatiecampagne over wat iedere Nederlander zelf kan doen voor het klimaat.
Downloads
Download hier het rapportEr is minder draagvlak voor de (hypothetische) maatregelen dat elektrische auto’s op snelwegen 130 km/uur zouden mogen blijven rijden en voor een verbod om vanaf 2030 benzineauto’s in binnensteden te verbieden.
De resultaten laten zien dat draagvlak samenhangt met ervaren eerlijkheid: als een maatregel als eerlijker wordt ervaren dan is er meer draagvlak. Aangezien we in onze studie de samenhang hebben onderzocht en correlatie geen bewijs is van causaliteit, kan dit resultaat ook het omgekeerde betekenen: dat maatregelen waar meer draagvlak voor is als eerlijker worden ervaren. Draagvlak hangt daarnaast samen met ervaren effectiviteit: als een maatregel als effectiever wordt ingeschat dan is er meer draagvlak.
Andersom geldt ook dat maatregelen waar meer draagvlak voor is als effectiever worden ingeschat. Ook bezorgdheid om klimaatverandering is van invloed op de mate van draagvlak voor klimaatbeleid
We concluderen dat er redelijk wat draagvlak in de samenleving is voor klimaatmaatregelen. Met name communicatiemaatregelen kunnen op veel voorstanders rekenen, maar er is zeker ook draagvlak voor juridische en financiële maatregelen. Hoewel pas bij de invoering zal blijken hoe acceptabel maatregelen in het dagelijks leven daadwerkelijk gevonden worden, geeft onze studie een beeld van waar meer of minder ruimte voor maatregelen lijkt te zijn. Daarbij adviseren we om bij het opstellen van beleid eerlijkheid en effectiviteit als belangrijke randvoorwaarden mee te nemen.