TNO heeft in samenwerking met NRG deze vraag onderzocht, waarbij specifiek is gekeken naar de potentie van zogeheten vierde generatie kerncentrales. Op basis van openbare bronnen werden de recente inzichten op een rij gezet met betrekking tot onder andere kosten, veiligheid en de rol en inpasbaarheid van kernenergie in een CO2-arme energiehuishouding.
Realisatietijd kerncentrale
Het is vrijwel uitgesloten dat kernstroom uit een in Nederland nieuw te bouwen kerncentrale een bijdrage kan leveren aan de klimaatdoelen van de Provincie Noord-Brabant voor 2030. De doorlooptijd van het vergunningstraject en de periode voor bouw van een moderne watergekoelde generatie 3 kerncentrale bedraagt minimaal 11 jaar. De realisatietermijn van een generatie 4 kerncentrale wordt geschat op 20 tot 25 jaar. Voordat hiervoor een vergunning kan worden aangevraagd moeten eerst nog verschillende grote experimenten worden uitgevoerd, onder andere om de veiligheid te waarborgen. Deze innovatieve typen kerncentrales hebben voordelen ten opzichte van generatie 3 kerncentrales als het gaat om onder andere de wijze waarop veiligheid wordt geborgd, het efficiënter gebruik van nucleaire brandstof (uranium, thorium) en het beperken van de productie van (langlevend) radioactief afval.
Rentabiliteit van kernenergie
Voor de langere termijn is gekeken naar andere factoren, waaronder ruimtebeslag en rentabiliteit. Het directe ruimtegebruik voor een kerncentrale is in vergelijking tot zonne-energie en windenergie een stuk kleiner. Tegelijkertijd is de mogelijke impact van een kerncentrale op de omgeving groter: bij een kernongeval zijn er directe gevolgen in een straal van 100 km rond de kerncentrale.
Kernenergie wordt gekenmerkt door hoge investeringen en lage variabele kosten. Om deze investeringen terug te verdienen is het nodig om zoveel mogelijk draaiuren (vollasturen) te maken. Elektriciteitsproductie uit zon en wind hebben echter nog lagere variabele kosten dan kerncentrales. Dat betekent dat in een energiemarkt waarbij met zon en wind een groot deel van het jaar in de elektriciteitsvraag kan worden voorzien, het aantal uren dat de kerncentrale in bedrijf is sterk afneemt. Hierdoor zal het niet meer mogelijk zijn om de investeringskosten terug te verdienen. Een energiesysteem waarin de productie van waterstof met elektrolyse een grote rol speelt, kan het aantal vollasturen van een kerncentrale mogelijk verhogen. Uit onderzoek blijkt echter dat waterstofproductie op basis van elektriciteit uit een kerncentrale tot hogere maatschappelijke kosten leidt dan in een referentiescenario zonder kernenergie.
In het onderzoeksrapport zijn deze en andere factoren verder uitgewerkt. Daarnaast is gekeken naar de mogelijkheid om kernenergie uit het buitenland te importeren. Tot slot worden de mogelijkheden beschreven voor de provincie Noord-Brabant om kernenergie te stimuleren.
