Warmtenetten uitgelegd
Transcriptie podcast ‘Warmtenetten uitgelegd’
Onderstaande tekst is een transcriptie van de podcast ‘Warmtenetten uitgelegd’, onderdeel van de podcastserie ‘De energietransitie
Interviewer: [00:00:08] Welkom bij ‘De energietransitie uitgelegd’ van het platform Energy.nl. Mijn naam is Eveline Janse en in deze podcastserie vraag ik iedere keer aan experts om een bepaald onderdeel van de energietransitie toe te lichten. In deze aflevering ga ik in gesprek met Annelies Huygen en Casper Tigchelaar van TNO over warmtenetten. Met een doelstelling van 500.000 aansluitingen in 2030 is er heel veel – en misschien wel te veel – werk aan de winkel. Hoe ziet de toekomst van de warmtenetten er volgens hen uit?
Interviewer: [00:00:41] Annelies Huygen is hoogleraar Ordening van Energiemarkten aan de Universiteit van Utrecht en Principal Consultant Energiemarkten bij TNO. De afgelopen jaren heeft ze zich volop beziggehouden met de ontwikkeling van warmtenetten, zowel in Nederland als in het buitenland. Casper Tigchelaar is senior onderzoeker bij de afdeling Energietransitie Studies van TNO, waar hij onderzoek doet naar de effecten van beleid op het energiegebruik van huishoudens.
Interviewer: [00:01:07] Welkom allebei! Leuk dat jullie er zijn!
Interviewer: [00:01:11] Als eerste: wat is een warmtenet nou precies?
Casper Tigchelaar: [00:01:16] Ja, warmtenetten bestaan eigenlijk al heel lang. Dus in steden zoals Utrecht, maar ook in Amsterdam, daar zijn wijken aangelegd op stadsverwarming om eigenlijk in plaats van aardgas, huizen te verwarmen. Waarbij het dan vooral gaat om restwarmte van elektriciteitscentrales die toen gebruikt werden om woningen ook te verwarmen. En dat is eigenlijk zoals we het kennen als stadsverwarming. Maar inmiddels zie je ook dat dat nieuwbouwwijken in andere gemeentes op warmtenetten worden aangesloten en dat er ook allerlei ontwikkelingen zijn om vooral ook veel meer hernieuwbare energie
Interviewer: [00:01:58] En dan is de bron daarvan ook iets anders dan voorheen?
Casper Tigchelaar: [00:02:01] Ja, dat is… Dus waar het de eerste electriciteitscentrales zijn, zie je nu ook dat er bijvoorbeeld afvalcentrales aangesloten worden, en daar hebben we het meer over over midden-temperatuur en dat is dan zeventig graden. Maar je ziet ook allerlei ontwikkelingen dat er een lage-temperatuur gebruikt wordt, bijvoorbeeld voor warmte uit oppervlaktewater of uit de lucht of uit geothermie. Dus er zijn, of worden steeds meer bronnen toegepast waarmee je huizen kan verwarmen. En vaak is dat dan op een lagere temperatuur. Dus dan gaat het soms vanaf tien graden tot vijftig graden, waarbij je dan om de woning goed warm te krijgen en om je water ook goed te verwarmen er nog een waterpomp nodig is om die warmte uit zo’n warmtenet nog op zestig graden te krijgen of op een temperatuur waarmee je je huis warm krijgt.
Annelies Huygen: [00:02:47] Mag ik wat aanvullen? Het is dus eigenlijk gewoon een pijp met warmte die je huis binnenkomt. Vroeger had je dan aardgas, dan kwam het gas binnen en dan ging je in je woning verwarmen. En nu komt gewoon het water je woning binnenstromen. En heel vroeger was dat met stoom, toen was het water van tachtig graden, nu met de temperatuur waar Casper het over had dus inderdaad zeventig. En nu gaan we steeds meer naar veel lagere temperaturen. Dat is ook heel fijn als je vloerverwarming hebt bijvoorbeeld.
Interviewer: [00:03:14] Ja, en dan dus inderdaad aangevuld met een warmtepomp om dan wel je kraanwater bijvoorbeeld heet genoeg te krijgen?
Annelies Huygen: [00:03:20] Ja, dat klopt.
Interviewer: [00:03:20] Ik noemde net die doelstelling van 500.000 extra aansluitingen in 2030. Wat is de stand van zaken? Hoe ver zijn we inmiddels? Gaat dat allemaal lukken?
Annelies Huygen: [00:03:33] Nee, dat gaat helemaal niet lukken, want er worden maar ongeveer 15.000 per jaar aangelegd. Dit is een doelstelling uit het klimaatakkoord
Interviewer: [00:03:54] Ja, en op dit moment zijn de aansluitingen dus vooral in de een nieuwbouwwijk. En die in die bestaande wijken, dat loopt dus achter?
Annelies Huygen: [00:04:03] Nou, wat je ziet, is dat een aantal hele grote projecten in Amsterdam en in Utrecht en in Den Haag, waar ze heel veel woningen zouden aansluiten, die zijn stopgezet. Maar je ziet wel dat er veel kleine projecten wel doorgang vinden.
Casper Tigchelaar: [00:04:19] Ja, en eigenlijk is het vanaf 2020 is het verboden om nieuwbouwwoningen aan te sluiten op op gas. Dus daar zie je dat grote nieuwbouwwijken in, in gemeentes waar eigenlijk al stadsverwarming is, dat daar dan vaak ook gekozen wordt om die woning dan ook op het stadsverwarmingsnet aan te sluiten. Denk aan bijvoorbeeld Leidsche Rijn of IJburg, dat zijn hele grote uitbreidingswijken in Amsterdam en Utrecht. En daar worden vooral nieuwbouwwoningen op stadsverwarming aangesloten en in andere gemeentes wordt dat vaak dan met warmtepompen gedaan. Maar van die 15.000 woningen zijn dus het overgrote deel is nieuwbouwwoningen. Terwijl eigenlijk die doelstelling bedoeld is om bestaande woningen die niet op gas verwarmd worden om die op een warmtenet aan te sluiten. En dat gebeurt heel mondjesmaat, maar veel te weinig om die 500.000 te halen.
Interviewer: [00:05:06] Annelies, jij doet ook veel onderzoek in het buitenland. Is dat daar ook zo? Hebben ze daar ook problemen om die warmtenetten aangesloten te krijgen?
Annelies Huygen: [00:05:15] Nee, in het buitenland gaat het meestal veel beter. Dus laten we kijken naar Denemarken. Maar daar zijn ze al begonnen… we hebben in 1973 een energiecrisis gehad en Nederland is helemaal op aardgas gegaan, maar in Denemarken zijn ze toen begonnen met warmtenetten en inmiddels heeft 70% van de huizen daar is aangesloten aan een warmtenet op een warmtenet. En je ziet ook dat de mensen warmtenetten heel erg fijn vinden. En je ziet ook in Zweden, zie je in de steden zijn veel warmtenetten. Dat zijn hele innovatieve warmtenetten, ook heel leuk om naar te kijken. En in Duitsland heb je het ook bij de steden. En als je kijkt wat we in Nederland hebben gedaan. Wij hebben de boel geprivatiseerd en we hebben in de zo ongeveer rond het jaar 2000 hebben we hele grote warmtebedrijven gemaakt. Voor die tijd hadden de gemeenten een eigen warmte bedrijf en die ambtenaren die stuurde dat ook aan. Toen zijn we gaan privatiseren, hebben we hele grote warmtebedrijven gemaakt en toen is ook al die kennis van de gemeente die is toe gevloeid naar die warmtebedrijven. Dus gemeenten hadden helemaal geen kennis meer. En als je op dat moment gaat zeggen ja, we moeten heel veel warmtenetten ontwikkelen, terwijl gemeenten die kennis niet hebben, dan is dat ook een heel moeilijk verhaal.
Interviewer: [00:06:28] Ja, dus we hebben eigenlijk last van onze historie nu? Want eigenlijk is gewoon alles ingericht op aardgas, wat toen ook de logische keuze was voor Nederland denk ik, met wat je toen wist en de beschikbaarheid van aardgas in Nederland. En nu moet dat natuurlijk allemaal vervangen worden en dat hebben ze dus in andere landen al veel beter kunnen inregelen, al veel eerder.
Annelies Huygen: [00:06:51] Ja, en wat daar ook nog bijkomt is dat in Nederland heel erg centraal wordt gedacht, zoals bij aardgas en bij elektriciteit. We hebben grote centrales en dan gaan we dat van ver halen met hele grote warmtenetten en hele grote systemen. Terwijl de essentie van een warmtenet is dat het lokaal is en dat het kleinere warmtenetten zijn; dat je lokaal met elkaar kunt handelen. Het is een heel ander beginsel en dat dringt best langzaam door.
Casper Tigchelaar: [00:07:20] Ja, je ziet dat in Nederland is het in die zin ook wat uniek dat dat bijna 90% van de woningen op aardgas aangesloten is en dat is in bijna geen één ander land, of eigenlijk geen één ander Europees land zo In Engeland is het ook hoog, maar niet zo hoog. En dat het eigenlijk inderdaad heel logisch was om te zeggen van nou ja, eigenlijk is alles aardgas, behalve die paar woningen die op stadsverwarming zitten. Dus we gaan dan alles sturen alsof het aardgas is. En dan die gemeentelijke warmtebedrijven, die moeten dan gewoon hetzelfde rekenen als wat voor aardgas gerekend wordt. En dan hebben we dat.. verder is dat verder klaar. En nu zitten we natuurlijk in een transitie dat we van aardgas af willen. En waar andere landen al gewend zijn dat de ene stad op stadsverwarming zit en de andere met elektriciteit verwarmt, zo zijn al veel meer ingericht op die verschillen. Is dat in Nederland gewoon nog helemaal in ontwikkeling van hoe gaan we nou zorgen dat dat veel diverser wordt en veel minder van gas afhankelijk is? En dat betekent dat tariefstelling bijvoorbeeld die afgeleid zijn van aardgas, of inderdaad die centrale bedrijven die denken van we gaan een gasleiding aanleggen en dan gaan we het allemaal centraal aanpakken, dat dat niet meer past. En dat wij dus specifiek voor de Nederlandse context daar iets nieuws voor moeten gaan bedenken. En daar gaat heel veel tijd in zitten om wetgeving en markten te ontwikkelen die veel meer aansluiten bij van diverse aanbod van…
Interviewer: [00:08:40] Ja, dus wij hebben echt een mindswitch nodig eigenlijk? We denken gewoon op een verkeerde manier om dit goed uit te kunnen rollen?
Annelies Huygen: [00:08:51] Ja dat klopt denk ik wel. En je merkt wel dat steden zijn heel erg bezig om de kennis, zeker de grote steden, om de kennis te krijgen. Je merkt dat stukje bij beetje gaat het wel om. Maar dat heeft tijd nodig. Dat dat doe je niet in twee jaar. Dat kost veel tijd. En vandaar ook dat die ontwikkeling zo langzaam gaat.
Interviewer: [00:09:09] Maar we zijn er ook al wel even mee bezig, want we hebben het al heel lang over warmtenetten.
Annelies Huygen: [00:09:13] Ja, ik denk vijf of zes jaar. Zoiets. Ja, en als je denkt wat een opgave het is. En je kunt toch denk ik altijd beter eerst goed nadenken en het dan goed doen. Dan in een grote haast ouderwetse dingen uitrollen en dan beginnen we… moeten we over tien jaar weer opnieuw beginnen met koeling of met andere zaken die daar ook bij horen.
Interviewer: [00:09:32] Ja, wat ik me nog afvroeg: kunnen warmtenetten echt overal aangelegd worden? Is dat overal beschikbaar?
Casper Tigchelaar: [00:09:39] Het ligt vooral voor de hand, wat Annelies zei van je hebt een een buis met warm water en hoe langer die buis is, hoe meer je dat water afkoelt. Dus het is handig als de bron waar je de warmte hebt, dat dat dichtbij de plek is waar je warmte hebt en dat je dan ook veel warmte nodig hebt. En dan heb je het eigenlijk gewoon over steden met veel dichte bebouwing, zodat er veel woningen zijn of bijvoorbeeld scholen of ziekenhuizen die gebruik maken van die warmte uit het warmtenet, want dan heb je relatief weinig afstand en dus een korte buis waar die warmte doorheen gaat. En dan kan je dus heel veel woningen en gebouwen bedienen met relatief weinig verlies. Maar zodra dat dan bijvoorbeeld een dorp in een buitengebied, dat ligt niet voor de hand, want dan heb je zoveel kilometer aan pijp nodig voor zo weinig warmtevraag
Annelies Huygen: [00:10:29] Tenzij je daar echt lokale bronnen hebt en lokale afnemers. Soms kan het wel. Het ligt er heel erg ook aan met moderne warmtenetten, van wie kan er hier produceren en wie kan afnemen? En omdat je steeds kleiner kunt produceren met kleinere eenheden, kan het soms ook… Maar in principe ben ik het helemaal met je eens. Het is fijn als de huizen dicht op elkaar staan en dat is bij flats. Bijvoorbeeld bij appartementencomplexen. Dat gaat het beste.
Casper Tigchelaar: [00:10:53] In het algemeen kun je zeggen dat dat de kosten bij een warmtenet vooral zitten in het net zelf. Dus hoe korter het net is in vergelijking met het aantal aansluitingen, hoe gunstiger het is om dat te doen.
Interviewer: [00:11:04] Ja, en hoe zit het überhaupt met die betaalbaarheid? Want jij noemde dat net ook al van dat dat gekoppeld is aan die gasprijs. En volgens mij is dat in het buitenland ook anders geregeld. Hoe zit het met die betaalbaarheid?
Casper Tigchelaar: [00:11:18] Ja, je ziet dus dat in Nederland heb je het niet-meer-dan-anders-principe. Wat dus eigenlijk rekent de ACM die toezicht houdt op die tarieven uit van hoeveel zou deze woning eigenlijk kwijt zijn als hij op aardgas aangesloten was? En dan wordt dat gezegd van nou, dan mag een waterbedrijf niet meer vragen dan dat. Nou, daar is ook heel erg veel discussie over of ze dat op de goede manier doen en of er eigenlijk niet te veel gevraagd wordt, maar in ieder geval is dat zo geregeld. En in het buitenland doen ze veel meer op kostprijs gebaseerde tarieven. Dus dat is dan heel anders.
Annelies Huygen: [00:11:50] Ja, en wat ook een groot nadeel is van deze tarieven, want we hebben bijvoorbeeld gezien dat de belastingen op aardgas, die zijn heel erg omhoog gegaan om te zorgen dat mensen van het aardgas af gingen. Maar die warmtetarieven, die mochten meestijgen. En omdat we dit systeem hebben, is het ook heel weinig transparant. Want in andere landen is het vaak op de kosten gebaseerd op de kosten van het warmtenet. En om dan goed te kijken of het bedrijf inderdaad die kosten maakt, heb je dan echt boekhoudregels, moeten ze dat heel precies noteren. En dan kunnen toezichthouders ook zien van wie hebben hier te veel winsten gemaakt of niet. Omdat je alles gestandaardiseerd hebt en op precies dezelfde manier opschrijft. En dan weet je ook precies waaruit die kosten voor warmte bestaan. En omdat wij veel meer hebben gehad van ja, zolang het maar lager is dan de aardgasprijs, is het goed, hebben wij in Nederland heel erg weinig inzicht in wat de kosten precies zijn.
Interviewer: [00:12:44] Dus daar is ook nog wel wat verbetering op mogelijk?
Annelies Huygen: [00:12:46] Ja, daar is echt verbetering op mogelijk. En met die nieuwe wet is het de bedoeling dat dat ook gaat komen. Dus dat we dat transparanter gaan maken en dat er echt boekhoudregels komen, want als je boekhoudregels hebt, kun je ook verschillende bedrijven met elkaar vergelijken en dan kun je ook zien van oh, jij doet het veel goedkoper dan ik, hoe kan dat? En dan kun je die kosten gemakkelijker omlaag krijgen.
Interviewer: [00:13:06] Ja.
Casper Tigchelaar: [00:13:07] En je zag dat tijdens het begin van die Oekraïne-crisis dat de energieprijzen omhoog gingen, dat inderdaad dus ook de tarieven voor warmte omhoog gingen en dat mensen dat niet meer begrijpen, van ja maar ik ben toch van het gas af en dan moet ik toch veel meer gaan betalen? Dus dat heeft ook heel veel aangetast aan het draagvlak voor warmtenetten, juist omdat het niet transparant is en mensen niet snappen waarom dat daar anders is, zie je dat bewoners, maar ook woningcorporaties die denken van goh, maar moeten we eigenlijk langs een warmtenet, want dat kan zomaar, dat je opeens veel meer betaalt, terwijl je niet goed snapt waarom.
Interviewer: [00:13:39] En over draagvlak gesproken, ook wat je zegt van dit soort effecten draagt niet echt bij aan het draagvlak. Hoe is überhaupt het draagvlak nog voor warmtenetten? Is dat er nog?
Annelies Huygen: [00:13:51] Nou, er is pas een internationaal onderzoek geweest. Hebben ze het draagvlak in tien landen vergeleken. Ja, en in Nederland was het het kleinste. Maar goed, er is nog wel draagvlak, bleek uit het onderzoek. Maar ik denk dat gebrek aan draagvlak toch op dit moment een van de grootste knelpunten is en dat daar echt aan gewerkt moet worden, om te laten zien dat het een betaalbare goede oplossing is ook.
Casper Tigchelaar: [00:14:15] Collega’s van ons hebben ook recent onderzoek gedaan naar het draagvlak. En je ziet dat vooral als mensen het gevoel hebben dat het over hun uitgestort wordt, dat ze zelf helemaal niet daarover mee kunnen beslissen en niet betrokken zijn bij dat warmtenet, dat dat echt ten koste gaat van het draagvlak. Nog los van die of bovenop eigenlijk die hoge kosten die dan soms optreden. Dus dat dat daar echt nog wel veel te winnen valt.
Interviewer: [00:14:39] En hoe kijken jullie nou naar die toekomst? Want ik vraag me bijna af als ik dit hoor van: het zijn enorme processen, het is eigenlijk nog helemaal niet goed van de grond. Er moet eigenlijk ook nog best heel veel gebeuren en het draagvlak is er ook niet meer. Kunnen we er niet beter helemaal mee stoppen, vraag ik me bijna af?
Annelies Huygen: [00:14:58] Ik ben zelf een enorme fan van warmtenetten, maar dan vooral je ziet in de techniek dat er hele moderne warmtenetten zijn. We hebben het er net even over gehad van lage temperaturen en daar kun je ook mee koelen. En daar kun je ook op den duur bijvoorbeeld overtollige warmte van zonnepanelen die je thuis hebt kun je dan samen opslaan als warmte en in de winter weer gebruiken. Warmtenetten passen heel goed in een echt moderne energievoorziening en wij hebben met het expertteam Energiesysteem 2050, hebben wij in beeld gebracht van hoe zou een wijk en de energievoorziening in een wijk er in 2050 uit kunnen zien. Als je ook kijkt naar de internationale literatuur en ook nu in Europa, zie je dat de mensen echt werken aan energieneutrale of energiepositieve wijken. En dat zijn wijken waarin in de wijk evenveel wordt geproduceerd als gebruikt of zelfs meer wordt geproduceerd dan gebruikt. En daar heb je een nieuw soort energiesysteem
Interviewer: [00:16:55] Dus je moet echt lokaal denken, moeten we?
Annelies Huygen: [00:16:59] Echt lokaal denken en ook echt denken aan de toekomst. Want die vraag van warmte, die gaat best snel omlaag. Omdat mensen heel graag willen isoleren, maar ook omdat we klimaatverandering hebben en het steeds minder koud wordt. Dus die vraag van warmte gaat omlaag. De vraag naar koeling gaat omhoog. We gaan veel meer elektriciteit in de wijk gebruiken, bijvoorbeeld voor het laden. Dus je moet dat integraal bekijken en daarbij kijken van wat is nu het beste systeem in 2050 en hoe gaan we daar stap voor stap naartoe?
Interviewer: [00:17:26] Want die lage temperatuur-warmtenetten, dat werd net geloof ik al even genoemd, die kunnen ook koelen, dus dan heb je die functie ook gelijk?
Annelies Huygen: [00:17:34] Dan heb je die functie ook. Ja, en met warmtepompen kan dat ook. Maar je kunt dan dus ook heel veel restwarmte uit de wijk heel goed weer gebruiken. Die kun je ophalen bij alle gebouwen en daar weer gebruiken en ook je eigen restwarmte. Als je het integreert met zon dan krijg je hele efficiënte duurzame systemen.
Casper Tigchelaar: [00:17:53] Ja, want eigenlijk dat water wat in die leiding zit, maar dat is ook gewoon een opslag van warmte. En als je in de zomer gaat koelen dan ben je eigenlijk warmte uit je woning aan het halen en dat moet je ergens ergens kwijt. Dus dat kan je in dat water stoppen en dat water kan je dan weer onder de grond stoppen om het, dat is altijd verbazingwekkend, maar dat kan je maanden kan je dat onder de grond bewaren om het dan vervolgens in de winter, als het weer nodig hebt, weer te gebruiken. En dat kost dus heel weinig energie dan. En daarom zijn die warmtenetten zo aantrekkelijk, omdat je allerlei mogelijkheden hebt die je met elektrisch verwarmen of met gas verwarmen helemaal niet hebt. Dus het is echt heel belangrijk dat die warmtenetten goed van de grond komen. Maar er is wel haast bij nu om om al die zaken waar we in het begin over hadden om dat op te lossen. En er zijn ook allerlei ideeën over over hoe het opgelost moet worden, maar als het te lang duurt, want op dit moment zit je bijvoorbeeld… de afgelopen jaren al meer dan 150.000 warmtepompen zijn geïnstalleerd. En je ziet dus dat eigenlijk waar die warmtenetten wat stagneren, die warmtepompen juist heel snel gaan. En als je op een gegeven moment een situatie krijgt dat in een wijk een heel groot aandeel al op een warmtepomp zit, dan is het niet meer zo zinvol om daar een warmtenet te doen. Dat zou eigenlijk heel zonde zijn. Dus het is vooral ook zaak om nu snel al die organisatorische zaken en die markten om die goed op orde te krijgen, zodat we echt aan de slag kunnen met het maken van die warmtenet.
Annelies Huygen: [00:19:14] Ja, want je ziet ook echt als je kijkt naar de energievoorziening en wijken en technieken waar heel veel innovatie is. Want de hele wereld zit met dat probleem, of de halve wereld, van we moeten die wijken duurzamer gaan maken. Dus die warmtepompen, die worden goedkoper en ze worden efficiënter. Ik heb zelfs gezien ergens dat ze warmtepompen hadden die én op lucht én op water konden, dus dan heb je hem op lucht en dan komt er later dat warmtenet en dan zet je hem op het warmtenet. Dus je bent bezig in een systeem waar heel veel innovaties zijn. En als je dan kijkt naar die moderne warmtenetten, die kunnen al die innovaties opnemen. Dus je kunt daarmee doorgaan en je hebt er een warmtepomp bij, dus als je die warmtepomp vervangt, dan neem je weer de nieuwste warmtepomp. Dus die moderne netten zijn echt heel belangrijk voor die energieneutrale systemen.
Interviewer: [00:20:02] Ja, het is wel tijd dat het echt los komt dus nu?
Casper Tigchelaar: [00:20:06] Ja, nou, sowieso die doelstelling van 500.000 woningen voor 2030 is natuurlijk al heel veel haast voor nodig. Maar ja, in 2050 moeten alle woningen van het gas af zijn. En er wordt nog steeds van gedacht dat het mooi zou zijn als er ongeveer een kwart van die woningen op een warmtenet zouden worden aangesloten. Maar dan hebben we het over veel meer dan, wat is het, bijna 2 miljoen woningen. Dus daar is echt haast bij om daarmee aan de slag te gaan, want het is al bijna 2050.
Annelies Huygen: [00:20:30] Ja, want op dit moment zijn het er ongeveer 600.000, hè?
Casper Tigchelaar: [00:20:33] Ja, op dit moment zijn ongeveer 60.000 woningen aangesloten op een warmtenet, dus daar moeten 1,4 miljoen erbij, dus dat zijn… ik heb het even niet paraat, maar richting de 100.000 per jaar moeten we op een gegeven moment wel naartoe.
Interviewer: [00:20:46] Ja, en dat was dus nu 15.000, zeiden jullie?
Casper Tigchelaar: [00:20:49] Ja
Interviewer: [00:20:49] ja, oké. Ik ben een stuk wijzer geworden en ik hoop dat het in ieder geval mensen ook helpt om weer een volgende stap te gaan zetten in het ontwikkelen van die warmtenetten. En ik hoor ook heel duidelijk het verhaal van kijk goed naar de innovaties die er zijn en stap af van die oude ideeën van warmtenetten en kijk naar de nieuwe, moderne warmtenetten om die snel uit te gaan rollen.
Interviewer: [00:21:15] Ik wil jullie heel erg bedanken!
Interviewer: [00:21:19] Als u meer wilt weten over warmtenetten, kijk dan zeker ook eens op de website Energy.nl. Hier vindt u de laatste onderzoeken, onder andere ook over het draagvlak voor warmtenetten. Hartelijk dank voor het luisteren.