Vloeibare brandstoffen
Laatst gewijzigd op:
Vloeibare energiedragers zijn diep verankerd in ons energiesysteem en vervullen een essentiële rol; verreweg het grootste deel van de vloeibare energiedragers is nog altijd van fossiele oorsprong. De groei van hernieuwbare elektriciteitsproductie uit onder meer wind en zon is niet altijd compatibel met een infrastructuur die is gebouwd voor vloeibare en gasvormige energiedragers. Voor de energietransitie is het daarom van belang te bepalen op welke plekken de infrastructuur moet worden aangepast en op welke plekken verduurzaming binnen de huidige infrastructuur beter is. Waar elektrificatie niet mogelijk blijkt, kunnen vloeibare energiedragers worden ingezet die zijn gebaseerd op biomassa en waterstof.
Olieproducten zoals benzine en diesel, die in een raffinaderij worden geproduceerd uit ruwe aardolie, worden gebruikt voor ons transport (personenauto’s, vrachtauto’s, scheepvaart, luchtvaart) en voor warmteproductie (met name in de industrie, denk bijvoorbeeld aan olieraffinaderijen). Een deel van de producten van aardolieraffinage, met name de naftafractie, wordt gebruikt als grondstof voor de petrochemische industrie, zoals voor de productie van ethyleen en propyleen die dienen als grondstof voor kunststoffen.
Via liquefactie worden ook andere energiedragers zoals aardgas (dat dan LNG wordt genoemd) en waterstof in vloeibare vorm gebracht, met een groot aantal toepassingen in ons energiesysteem
Omdat veel bronnen van emissievrije energie – denk aan wind, zon en kernenergie – elektrische energie opwekken, zijn deze bronnen niet direct compatibel met de infrastructuur die gebouwd is voor vloeibare en gasvormige energiedragers. Om toch een energietransitie
Voor de energietransitie is het daarom van belang te bepalen op welke plekken de infrastructuur moet worden aangepast en op welke plekken verduurzaming binnen de huidige infrastructuur beter is. In sommige delen van de economie die nu draaien op vloeibare energiedragers kan wel degelijk verregaande verduurzaming via elektrificatie
In sommige delen van de economie is elektrificatie
Om voor deze delen van de economie toch gebruik te kunnen maken van grootschalige groene energieopwekking uit wind en zon, kan inzet van waterstof uitkomst bieden. Deze waterstof moet dan wel met behulp van elektrolyse opgewekt worden met inzet van elektriciteit die weer met zonne- of windenergie opgewekt kan worden. Deze waterstof kan, na reactie met CO2, worden omgezet in synthesegas (een mengsel van CO en H2), dat via Fischer-Tropsch–conversie verder is om te zetten naar vloeibare brandstoffen. Ook brandstoffen verkregen uit biomassa kunnen hier worden ingezet.
Sinds 1998 meet EurObserv’ER de inzet van hernieuwbare energie